top of page

Doxing als eigenrichting: een (on)terechte heksenjacht op de Reuzengommers?

Bijgewerkt op: 16 aug. 2023

De zaak van de dodelijke ontgroening van Sanda Dia zorgde voor veel controverse in België en Nederland. Omdat veel mensen van mening waren dat de straffen voor de Reuzegommers niet toereikend waren, grepen ze naar eigenrichting. Julia Vissers gaat op zoek naar de achterliggende juridische thema’s en het antwoord op de vraag of deze eigenrichting gerechtvaardigd kan worden.

NB: Deze zaak speelt zich af in België. Hoewel er grote overeenkomsten zijn tussen het Nederlands en Belgisch recht (ook in de totstandkoming m.b.t. rechtsbeginselen), is het niet compleet overeenkomstig op elkaar van toepassing.


Op vrijdag 26 mei 2023 liep het emotionele proces in de zaak van de dodelijke ontgroening van Sanda Dia ten einde. In de nasleep van de uitspraak is er een groeiend debat ontstaan over de gepaste strafrechtelijke sancties en het recht op een eerlijk proces. Terwijl sommigen de veroordeling van de betrokkenen als te mild beschouwen, benadrukken anderen juist het belang van sereniteit en respect voor de scheiding der machten, waarbij ze waarschuwen dat eigenrichting nooit de oplossing mag zijn. Deze tweeledige reactie illustreert de complexiteit van het onderwerp en werpt de vraag op hoe rechtvaardigheid gewaarborgd kan worden zonder het vertrouwen in de rechtsstaat te ondermijnen. Had de rechter zwaarder moeten straffen, rekening houdend met de maatschappelijke reactie, om eigenrichting te voorkomen?


Het Antwerpse Hof van Beroep acht alle achttien leden van de Belgische studentenvereniging Reuzegom schuldig aan onopzettelijke doding en mensonterende behandeling, waar boetes van 400 euro en taakstraffen van 225 tot 300 uur bij komen kijken. Het Openbaar Ministerie had echter gevangenisstraffen tot ruim vier jaar geëist. De lichte straffen veroorzaakten veel ophef zowel in België als Nederland, waardoor veel mensen voor eigen rechter zijn gaan spelen door de namen, banen en beelden over de Reuzegommers bekend te maken. Zo ook de Belgische YouTube-ster Acid, die een aantal namen van de veroordeelde Reuzegommers openbaar maakte in een video, omdat hij beweert dat andere nieuwsmedia daar niet de moed voor hebben. Dit gebeurde tot groot ongenoegen van de rechterlijke macht: zo benadrukt de Hoge Raad voor de Justitie via LinkedIn het belang van sereniteit in het maatschappelijk debat en roept op tot respect voor de scheiding der machten. Het College van de Hoven en Rechtbanken, dat de gerechtelijke macht vertegenwoordigt, veroordeelt politici voor opruiende uitspraken en waarschuwt dat ze daarmee eigenrichting impliciet steunen.


Eigenrichting en doxing


Het openbaren van de namen van de Reuzegommers kan dan ook worden beschouwd als eigenrichting: de naam- en reputatieschade die de openbaring van de namen met zich meebrengt, lijkt een extra straf in de vorm van doxing. Doxing is een vorm van cyberpesten waarbij persoonlijke informatie over anderen wordt gezocht en geopenbaard, waardoor hun privacy wordt geschonden en verdere intimidatie wordt vergemakkelijkt. Zo zijn de eerste gevolgen al merkbaar: een Antwerps toprestaurant van de ouders van een Reuzegommer krijgen al te maken met valse reserveringen en slechte recensies.


Hoewel doxing strikt gezien geen straf is, kan deze imagoschade ook worden beschouwd als smaad. De essentie van smaad in Nederland draait niet zozeer om de vraag of iemand liegt, maar eerder om de aantasting van iemands eer en goede naam door de betreffende beschuldiging. In België kan het verspreiden van juiste feiten (als er wettelijk bewijs wordt geleverd) op zichzelf niet als smaad worden opgevat, zelfs als het de intentie heeft om iemands imago te schaden. Bovendien wordt in Belgische media dan ook benadrukt dat de namen normaliter pas geopenbaard worden, als de schuld vaststaat en er sprake is van zwaarwegende maatschappelijke belangen. Is deze eigenrichting, in de vorm van doxing, in dit geval dan onrechtvaardig?


In Nederland en België wordt eigenrichting over het algemeen niet gezien als een gerechtvaardigde handeling. Het rechtssysteem is opgericht om het monopolie op geweld en strafrechtelijke procedures te houden bij constitutionele instituties, terwijl eigenrichting buiten de wet valt. Hoewel er in sommige gevallen begrip of sympathie kan zijn voor de emoties achter eigenrichting, is dit niet de juiste manier om gerechtigheid te verhalen. De woordvoerder van het College van de Hoven benadrukt dan ook dat het gevaarlijk is voor de scheiding der machten, indien politici zich openlijk negatief uitlaten over de werkstraffen: "Wanneer men aan één van de poten van de democratische stoel zaagt, wankelt de hele stoel." Maatschappelijk gezien blijkt daarentegen dat de steun voor eigenrichting afhankelijk was van de vraag of de rechter überhaupt een straf had opgelegd, terwijl de precieze hoogte van die straf er niet toe deed.


Genoegdoening


In deze specifieke zaak lijkt er, zowel door politici als binnen de media, relatief weinig rekening gehouden te worden met de afwegingen die de rechter heeft gemaakt om tot zijn eindspraak te komen. Zo sprak de justitieminister als volgt over de uitlatingen: “Een arrest van 118 pagina’s laat zich niet samenvatten in een tweet. Laat staan dat het doxing rechtvaardigt, wat strafbaar is”. Hoewel de straf naar juridische maatstaven juist én redelijk is, blijkt uit de verontwaardiging dat er onvoldoende genoegdoening is. Dan rijst vervolgens de vraag: waar ligt de grens tussen genoegdoening en eigenrichting?


Hoewel genoegdoening één van de belangrijkste functies is van het strafrecht, dient het niet als pleister voor de emotionele wonden van de maatschappij. Het concept van genoegdoening houdt namelijk in dat er van de dader een offer of handeling wordt verwacht, gebaseerd op het verleden maar gericht op de toekomst. Het is essentieel dat de vorm waarin de tegemoetkoming wordt gegoten als een offer of gebaar kan worden geaccepteerd. Dit lijkt in casu niet het geval: er is erg veel verontwaardiging over het feit dat het werkstraffen zijn, de hoogte van deze werkstraffen en de symbolische boete die de Reuzegommers moeten betalen. Deze vorm van tegemoetkoming wordt dus niet geaccepteerd, waardoor er geen sprake lijkt te zijn van genoegdoening.


Een kwetsbaar evenwicht


Wellicht als de rechters ervoor hadden gekozen om een milde gevangenisstraf op te leggen in plaats van de werkstraffen, dat de maatschappelijke verontwaardiging minder was geweest en de behoefte aan eigenrichting in de vorm van doxing minder groot was. Hoewel genoegdoening niet de belangrijkste drijfveer zou moeten zijn voor het opleggen van een bepaalde straf, had de rechter meer rekening kunnen houden met het maatschappelijk effect. Zeker met het oog op de maatschappelijke betrokkenheid bij deze rechtszaak: indien de persrechter het arrest minder summier had uitgelegd, was er een bredere maatschappelijke steun voor de uitspraak. Deze specifieke zaak is namelijk geladen, omdat er ook sterke vermoedens van racisme en klassenjustitie meespelen. Tussen genoegdoening en eigenrichting bevindt zich een kwetsbaar evenwicht, omdat zaken vaak complex zijn en een politieke of maatschappelijke lading hebben. Als de rechter hier meer nadruk op had gelegd en de persrechter een uitgebreidere toelichting had gegeven, dan zou er mogelijk een grotere mate van genoegdoening zijn gerealiseerd en daarmee ook de behoefte aan eigenrichting verminderd worden.

bottom of page